Nu mensen zo veel mogelijk thuiswerken, moeten teams zichzelf min of meer aansturen. Dus of je het nu wilt of niet, als manager heb je nu onvermijdelijk te maken met zelfsturende teams op afstand. Waarmee moet je dan rekening houden? Wat zijn de kritische succesfactoren. En… hebben zelfsturende teams eigenlijk wel een manager nodig?
Om maar meteen met dat laatste te beginnen: het aansturen van een zelfsturend team klinkt al behoorlijk tegenstrijdig, maar in deze tijd van social distancing moet dat dus ook nog op afstand gebeuren. Hoe abstract kan leiderschap worden? Recentelijk spraken wij een telecombedrijf dat besloten had zijn middenmanagement drastisch te reduceren. Reden? De crisis ja, maar ook vanwege de zelfsturende teams waarmee het bedrijf al enkele jaren werkt. Zelfsturende teams sturen zichzelf aan. Dan heb je dus geen managers nodig, is de gedachte.
Wij zien dat anders. Zeker, zelfsturende teams sturen zichzelf aan, maar een manager van zo’n team moet ook niet zozeer aansturen. Hij of zij moet er veeleer voor zorgen dat de teamleden gezamenlijk verantwoordelijkheid dragen voor de resultaten. Dat betekent dat je als manager een scherp oog moet hebben voor talent. Maar ook moet je kunnen motiveren, inspireren, monitoren en coachen. Een flink pakket aan competenties dus.
Het sleutelwoord binnen zelfsturende teams is vertrouwen. Normaliter ontstaat dat vertrouwen doordat je elkaar op kantoor ziet. De meeste managers vinden het geruststellend om hun medewerkers te zien werken. Ze kunnen dan even langslopen, kijken waar ze mee bezig zijn en vragen of ze ergens mee kunnen helpen. Zo bouwen ze een vertrouwensband op. Dat geldt ook voor medewerkers onderling: ze zien elkaar voortdurend, praten over de voortgang van een project en ontdekken gaandeweg wat ze aan elkaar hebben.
Nu de meeste mensen thuiswerken, is de sociale controle grotendeels weggevallen. Als manager moet je er dus bijna blind op kunnen vertrouwen dat mensen hun werk naar behoren blijven doen. Dat vertrouwen hebben én uitdragen kan lastig zijn, zeker als het gaat om teams die voor de coronacrisis nog niet (geheel) zelfsturend waren. Toch kun je als manager ook nu, misschien wel juist nu, je meerwaarde laten gelden.
Een zelfsturend team functioneert pas als het een gezamenlijk belang voor ogen heeft, en als de onderlinge feedback in het teken staat van de ander verder willen helpen. Dat is op afstand niet anders, maar als manager moet jij nu de afstand zien te overbruggen. Letterlijk. Uiteraard plan je online zakelijk teammeetings, maar zorg er ook voor dat mensen zonder zakelijke redenen bij elkaar komen, bijvoorbeeld om de week af te trappen of af te sluiten.
Vergeet daarnaast vooral het een-op-eencontact niet. Plan regelmatig bila’s in met elke medewerker. Dat zijn namelijk de momenten waarop je mensen persoonlijk kunt motiveren en betrekken bij jouw visie en waarden, maar ook een luisterend oor kunt bieden. Wees daarbij alert op de frustraties rondom het thuiswerken. Dat kunnen persoonlijke frustraties zijn, bijvoorbeeld een verstoorde work-life balance, maar zeker ook teamwork gerelateerde.
Daarbij vind je houvast bij managementgoeroe Patrick Lencioni. Hij benoemt vijf frustraties van teamwork die funest kunnen zijn voor zelfsturende teams: afwezigheid van vertrouwen, angst voor conflict, gebrek aan betrokkenheid, vermijden van verantwoordelijkheid en ontbreken van resultaat. Door de social distancing en de onzekerheid die de coronacrisis met zich meebrengt, staat teamwork sowieso onder druk.
Wil jij als leidinggevende meer halen uit je leiderschap? Bekijk dan eens onze trainingen over Leiderschap.
Wat betekent de angst voor conflict in deze tijd? En waaruit blijkt het gebrek aan betrokkenheid vanuit de thuiswerksituatie? Praat erover. En, heel belangrijk, laat je medewerkers vooral weten dat je ze vertrouwt. Nu meer dan ooit. Want als iéts de afstand tussen alle thuiswerkende teamleden kan overbruggen, dan is het dat wel: het vertrouwen van de manager.