Als volwassene aan een studie beginnen is pittig. Maar het is ook goed te doen – ook als je een drukke baan en misschien wel een gezin hebt. Het vergt wel veel planning. Want waar haal je de tijd eigenlijk vandaan?
Vaak hebben we het gevoel dat we te weinig tijd hebben. Waar zou je in vredesnaam nog tijd vandaan kunnen halen? Om hierachter te komen, kijk je naar wat je nu doet met je tijd. Iedere week heeft 168 uur. Laten we zeggen dat je er 56 van slaapt en 40 van werkt. Dan hou je nog 72 uur over. Dat is best veel! Natuurlijk ben je ook nog veel tijd kwijt aan dingen als douchen, de vaatwasser inruimen en op de trein wachten. Maar wat gebeurt er met al die overige tientallen uren? Door een week lang per uur te noteren wat je allemaal doet, zie je waar je tijd exact heengaat.
Zodra je weet wat je allemaal doet in een week, bedenk je welke activiteiten je wilt inruilen voor studeren. Misschien kun je ’s avonds in plaats van 2 afleveringen van je favoriete serie er 1 kijken. Of je gaat tussen 2 afspraken door niet naar huis, maar verzet wat werk in een café. Of kun je tijd besparen door boodschappen te laten bezorgen, in het weekend een uur eerder op te staan of een afspraak af te zeggen waar je toch eigenlijk niet zo’n zin in had?
Het mooie van studeren is: het hoeft niet allemaal in één keer. Je hoeft niet ergens een blok van 6 uur vandaan te toveren. Met hier en daar een uur kom je al een heel eind. En dat terwijl je alsnog genoeg tijd overhoudt voor je familie, je vrienden, je werk én zelfs voor je favoriete serie.