Introductie
In dit HBO-programma krijg je concrete handvatten aangereikt om in de klas beter om te gaan met verschillen in gedragsontwikkeling. Schrijf je nu in.
Omschrijving
Geen kind is hetzelfde. In een klas zul je dan ook een grote diversiteit aan leerlingen tegenkomen. Het ene kind is snel afgeleid, een ander kind heeft een gediagnosticeerd gedragsprobleem. Om als leerkracht in te kunnen spelen op de onderwijsbehoefte van al deze verschillende kinderen, zijn een gerichte systematische aanpak en een degelijke kennis van gedragsontwikkeling nodig.
Het HBO-programma Gedrag en variatie in gedragsontwikkeling biedt je veel kennis én handvatten voor de dagelijkse praktijk. Je leert leerlingen gericht observeren en onderscheid maken tussen een gedragsprobleem en een psychische stoornis, maakt kennis met de meest voorkomende stoornissen en breidt je handelingsalternatieven uit. Tot slot leer je een handelingswijzer maken en gebruiken.
Baanperspectief
Het HBO-programma Gedrag en variatie in gedragsontwikkeling is bestemd voor zowel beginnende als meer ervaren leerkrachten in het basisonderwijs. De kennis en handvatten die je opdoet vormen een zeer waardevolle aanvulling op je vakkennis.
Beschrijving
Je volgt in dit HBO-programma de module Gedrag en variatie in gedragsontwikkeling uit de HBO-bachelor Opleiding tot leraar Basisonderwijs(PABO) van LOI Hogeschool. Hierin de komen de volgende onderwerpen aan bod:
Probleemgedrag in kaart brengen aan de hand van een observatie
Je leert probleemgedrag goed in kaart brengen met een gedragsfunctieanalyse. Welk gedrag valt op en in welke situaties? Wat is de invloed van de directe omgeving in de klas? Welke factoren hebben een negatieve of juist een positieve invloed? Je maakt daarbij kennis met verschillende modellen zoals het ABC-model, gedragsbiologie, handelingsgericht werken en de ecologische pedagogiek.
Stoornis of gedragsproblemen en de DSM-5
Dit onderdeel laat zien wat het verschil is tussen gedragsproblemen en een psychische stoornis. Het is belangrijk dat je als leerkracht onderscheid kunt maken tussen deze twee! Ook de voor- en nadelen van labelen komen aan bod.
Ontwikkelingsstoornissen
Je krijgt een goed beeld van de meest voorkomende psychische stoornissen en ontwikkelingsproblemen die je in de klas kunt tegenkomen. Zo is er o.a. aandacht voor faalangst, depressieve gevoelens en ASS. Als leerkracht stel je uiteraard geen diagnose, maar de kennis die je in dit onderdeel opdoet, helpt je wel om je handelen beter af te stemmen op het kind.
Handelingsalternatieven
Je krijgt meer zicht op hoe een stoornis zich kan uiten in de klas en breidt je mogelijkheden om je handelen hierop aan te passen uit. Je krijgt voorbeelden van good practices en doet handvatten op voor het omgaan met kinderen die niet genoeg hebben aan de dagelijkse pedagogische en didactische structuur.
Handelingswijzer en inbedding in de school
Je leert een handelingswijzer maken en gebruiken voor een leerling met een gediagnosticeerde gedragsstoornis. Hierin maak je overzichtelijk wat de aanpak is in de klas. De handelingswijzer moet aansluiten bij de ontwikkelingsbehoefte en/of begeleidingsvraag van de leerling.
De benodigde vakliteratuur is inbegrepen bij het collegegeld. Je hoeft zelf geen boeken meer aan te schaffen.
Toelating
Voor toelating tot dit korte HBO-programma is geen specifieke vooropleiding vereist. Wel gaan we ervan uit dat je beschikt over een werkplek in het basisonderwijs.